Mijn peuter heeft driftbuien

Soms niet één, maar wel tien op een dag: driftbuien! Het kan vermoeiend zijn en soms weet je als ouder gewoon niet meer wat je moet doen. Het lijkt alsof jouw peuter overal om kan huilen en schreeuwt als het zijn zin niet krijgt.

En waarom had jouw peuter vandaag een driftbui?
Omdat het geen schoenen aan wilde?
Van jou niet mocht hangen aan de keukenkastjes?
Geen ijsje kreeg bij het ontbijt?

Of misschien was er wel helemaal geen reden voor een driftbui…

Elke peuter heeft vroeg of laat de nodige driftbuien. Als ouder mag je daarom weten dat je niks verkeerds doet en dat het er gewoon bij hoort. De hersenen van een peuter zijn nog onvoldoende ontwikkeld om zichzelf in de hand te houden wanneer ze zo van streek zijn.!
Geloof het of niet, de driftbuien van je peuter zijn dus heel belangrijk voor zijn ontwikkeling. Ze ontdekken dat ze een eigen mening hebben en voelen zich soms gewoon nog heel machteloos. En als dan jij leert om rustig en liefdevol hier mee om te gaan, help jij je kind door deze moeilijke fase in zijn ontwikkeling heen.

Maar hoe ga je daar dan mee om?
Hoe houd je het hoofd koel als je peuter voor de zoveelste keer op de grond ligt te huilen?

Stap 1: Vertel wat je ziet.
Vertel wat je ziet en wat er gebeurt. Bijvoorbeeld: “Ik zie dat je heel boos bent, omdat ik de
banaan voor je heb gepeld en je dit niet zelf hebt kunnen doen”. Belangrijk is dat je je peuter
geen schuldgevoel aanpraat. Vertel gewoon wat je waarneemt, zonder oordeel. Jouw mening
is niet belangrijk en of je vindt dat de boosheid terecht is of niet, doet er niet toe. Dit helpt je
peuter te verwerken wat er gebeurd is en het voorkomt dat jij zelf in de paniek of boosheid
schiet.

Stap 2: Erkenning geven aan het gevoel
Door erkenning te geven aan het gevoel van je peuter, voelt hij zich gesteund en gehoord. Dat
kan als volgt klinken: “Ik hoor je huilen… Het is oké om je verdrietig te voelen.” Je probeert
niet te veranderen hoe je kind zich voelt, je erkent hoe ze zich voelen zonder schaamte of
schuldgevoel. Probeer er voor je kind te zijn.

Stap 3: Stel grenzen, indien nodig
Er is een kans dat je peuter zo overstuur is dat hij slaat of schopt. Hoewel je kind simpelweg
niet weet hoe hij anders zijn emoties moet uiten én het soms echt oke is om je peuter helemaal
uit zijn slof te laten schieten, mogen we als ouders ook grenzen hebben. Bijvoorbeeld: “Ik
vind het niet fijn als je mij slaat wanneer je boos bent. Je mag huilen, schreeuwen en vertellen
hoe boos je bent.”

Stap 4: Het is weer voorbij
Creëer een fijne situatie voor jullie beiden en stel je peuter gerust. Bespreek daarna feitelijk en
rustig met je kind wat er gebeurd is, zodat je kind zichzelf en de situatie beter begrijpt.
Bijvoorbeeld: “Het was zo gezellig om te spelen met de andere kinderen, waardoor je niet
naar huis wilde. Je werd heel boos en verdrietig.”